Het komt niet vanzelf en ook nooit als je pas net begonnen bent. Je moet op zijn minst al 10 kilometer gelopen hebben en het enige wat dan nog nodig is, is een hindernis. Het kan een steile beklimming zijn, een eindeloze kaarsrechte asfaltweg of een lang en drassig bospad waar je een weg moet banen door de begroeiingen. En dan, vaak zonder je het meteen doorhebt, komt het. Inneens zit je er in; een bijna boedistische concentratie op het nu. Je denkt nergens meer aan, niet aan hoever je al gelopen hebt en zeker niet aan hoever je nog moet. De pijntjes worden er niet minder om maar je hebt nergens last van, zelfs het verdriet van thuis bestaat niet meer. Je hoofd is helemaal leeg en je accepteert alles zo als het is. Je ziet de omgeving, je voetstappen en voelt het zweet van je voorhoofd parelen, zonder ook maar iets daarvan te interpreteren. Er wordt geen woord gesproken. De zwaartekracht van die concentratie trekt alle tijd uit je bestaan en voordat je het weet zijn we bij de plek waar we pauze zouden gaan houden. Als we een paar meter voor het bankje zijn echot het geklik van het losmaken van onze tassen over het plein. Nog voor de tas de grond raakt is alle rust weg. Zo, die pauze hebben we verdiend! Maar als snel voel je de blaren weer en glijden je gedachten af naar thuis. Shit, het gaat echt niet zo goed. En we moeten nog 2000 kilometer, dat is eigenlijk nog best wel ver… Zo licht als de de rugzak was toen we hem afdeden zo verschrikkelijk zwaar is het om hem weer van de grond te krijgen. Stijf van het rusten vertrekken we naar de eindbestemming van de dag. Was die concentratie maar weer hier denk je al snel. Maar we zijn pas net begonnen en het komt nooit vanzelf.
Publicatiedatum: zondag 10 augustus 2014, BredaVandaag.nl
https://www.youtube.com/watch?v=YSG0hFToeYc
Voor meer informatie ga naar www.wereldzonderkopzorgen.nl
Sluiten